De Confessionele Vereniging hecht aan traditie, maar wil niet traditioneel zijn. Zij gelooft dat haar doelstelling nog steeds actueel is. De kerk is gediend met trouw aan de Schrift in verbondenheid met het belijden van het voorgeslacht. Dat is de bron voor de antwoorden op de vele vragen van onze tijd.
Met de consequenties van die trouw wil de Confessionele Vereniging de volle breedte van de Protestantse Kerk in Nederland dienen. Zij beseft daarbij dat zij in die trouw ook zichzelf voortdurend moet oefenen en toerusten. Zij heeft de pretentie dat haar identiteit vruchtbaar gemaakt kan worden voor heel de kerk. Ze heeft ook oog en hart voor hen die aan de rand staan. En voor hen die buiten de gemeenschap van de kerk zijn geraakt.
De Protestantse Kerk bestaat in haar huidige vorm sinds 2004. Ondertussen is de nieuwe kerkorde geëvalueerd. Ook werd een krachtige stoot gegeven aan het jeugd- en jongerenwerk (JOP en HGJB werken vruchtbaar samen!). En er kwam een vitale impuls voor missionair werk en kerkgroei. De kerk wil groeien in diepte en breedte, maar ook in getal. De Confessionelen willen daaraan meewerken. We geloven en hopen op die Heer, die Zijn kerk niet vergeet.
De Confessionele Vereniging bestond al 140 jaar toen in mei 2004 de Protestantse Kerk, door een fusie van de Nederlandse Hervormde Kerk, de Gereformeerde Kerken in Nederland en de Evangelisch Lutherse Kerk in het Koninkrijk der Nederlanden, tot stand kwam. De CV is de oudste modaliteit van de reformatorische volkskerk in Nederland. Adeldom verplicht haar tot een kwaliteitsvolle en betrouwbare bijdrage. Confessionelen lopen niet weg. Je ziet ze – misschien niet altijd even opvallend – overal in het land, in de kerk.
Ondubbelzinnig en onbekrompen
Honderdvijftig jaar! Daar zij we blij mee. Al honderdvijftig jaar dienen we de kerk. Want dat is het doel van onze vereniging: het dienen van de kerk en wel met de kern van het evangelie: Jezus Christus, de gekruisigde en opgestane Heer, Redder van de wereld. Dat evangelie is door de Bijbel en de ‘Traditie’ (met een hoofdletter T) tot ons gekomen. De Bijbel is voor ons Gods Woord en we hebben de grote traditie van de kerk lief. Want door de kerk is de boodschap ook hier gekomen, in deze uithoek van Noordwest Europa. We houden van de kerk en haar traditie. Maar ook al houden wij van de traditie, dat wil niet zeggen dat we ons verliezen in allerlei kleine traditionele bijzaken. We zijn, zoals ons erelid en vroegere voorzitter ds. Van Roon het uitdrukte, ‘ondubbelzinnig en onbekrompen’. Zo willen we met onze activiteiten de kerk dienen en bewaren bij haar belijdende (confessionele) karakter.
Leden en belangstellenden
Daarbij is onze vereniging slechts een middel. We moeten ons niet blindstaren op de verenigingstructuur zoals die de afgelopen jaren heeft gefunctioneerd. Als nieuwe vormen nodig zijn, moeten we daar bijtijds op anticiperen. Bovendien is er een brede confessionele beweging in de Protestantse Kerk die veel groter is dan het ledenaantal van onze vereniging. Ook die mensen willen we op de hoogte stellen en betrekken bij onze activiteiten. Maar dan zullen we ze moeten opzoeken en wel met de middelen van deze tijd. Daarom zijn we e-mail-adreslijsten gaan aanleggen en hebben we een goede website opgezet. Verder kijken we ook wat we met de sociale media kunnen. Zo hopen we vele belangstellenden te kunnen dienen. Het is vandaag de dag niet meer de tijd dat mensen snel lid worden van een vereniging, van welke vereniging dan ook. We zullen dus op andere manieren personen moeten proberen te bereiken en vast te houden. En wat is er op tegen om mensen die (vooralsnog) geen lid willen worden als donateur, belangstellende of geïnteresseerde te noteren? Aan al deze betrokkenen wordt sinds 2013 de digitale nieuwsbrief gestuurd. Toch heeft ook een beweging een inspirerend centrum nodig, van waaruit de activiteiten worden georganiseerd en begeleid. Dat maken de vele trouwe en betrokken leden van onze verenging mogelijk. En daarvoor zijn we dankbaar.
Confessionele Vereniging en Stichting ‘Schrift & Belijden’
Om vanwege deze ontwikkelingen vernieuwend en slagvaardig de toekomst tegemoet te kunnen gaan, heeft het hoofdbestuur van de Confessionele Vereniging en het bestuur van de stichting Schrift & Belijden de afgelopen tijd gewerkt aan een nieuwe structuur voor een brede Confessionele Beweging in de kerk. Dit was mede nodig, omdat de afgelopen jaren is gebleken dat de dubbele bestuursvorm niet ideaal is. We staan als CV en S&B voor dezelfde zaak. Vanaf 2014 wordt daarom gewerkt vanuit één hoofdbestuur met daarnaast een viertal taakgroepen: Gemeente en Theologie, Organisatie, Communicatie en Financiën. In deze taakgroepen hebben mensen vanuit de regionale afdelingen of plaatselijke gemeenten zitting. Vanuit elke taakgroep is er een persoon afgevaardigd naar het hoofdbestuur. Zo hopen we ook in de toekomst de kerk te kunnen dienen.
Het gaat om de inhoud
In dat dienen van de kerk zal het ons altijd blijven gaan om de inhoud van het geloof. Het zal steeds belangrijker worden om te leren en te zeggen wat we nu eigenlijk geloven. Zoals op alle cruciale punten in de kerkgeschiedenis de belijdenis(geschriften) een belangrijke rol speelt, zo zal dat ook in onze tijd weer blijken te zijn. Het is daarom belangrijk om te weten waar het om gaat in het christelijk geloof. Waar sta je voor, wat geloof je eigenlijk, wat is je enige troost, je enige houvast in leven en sterven? En als het ons lukt, dat ook weer in deze tijd op een frisse manier te kunnen verwoorden, dan wordt zelfs dogmatiek een feest. Want in goede dogmatiek verantwoorden we de inhoud van ons geloof. Goede dogmatiek is iets waarnaar we kunnen verlangen, ja dat we zelfs zullen koesteren en liefhebben. Belijdend spreken zal, juist in de nabije toekomst, noodzakelijk blijken te zijn.
Het belijdend spreken van christenen begint natuurlijk met spreken over Jezus Christus. En waarom daarover de schatten uit het verleden niet opdelven en opnieuw ontdekken? Op het concilie van Chalcedon (451) heeft men over Jezus Christus fundamenteel gesproken. Nu moet dat belijdend spreken van de kerk niet zo verstaan worden alsof we daarmee de Persoon van Christus wel eens even zullen ontleden, om te zien hoe Hij in elkaar zit. De formulering van Chalcedon zegt over Jezus Christus alleen maar dat de twee naturen in één Persoon zijn verenigd, en wel: onvermengd, onveranderd, ongescheiden en ondeelbaar. Dat wil in al zijn tegenstrijdigheid vooral zeggen waar we op moeten letten als we spreken over Jezus Christus. Het dogma van de twee-naturenleer wil namelijk niet uitleggen hoe Jezus ‘in elkaar zit’, maar wil slechts benadrukken dat we met twee woorden over Jezus Christus moeten spreken, willen we Hem niet te kort doen: Hij is volledig God én volledig mens. Net zo goed als we met het dogma van de drie-eenheid alleen maar willen zeggen dat je met drie woorden over God moet spreken: Hij is Vader, Zoon en Heilige Geest. Voor de volledigheid noem ik ook nog het derde en laatste dogma van de kerk (meer heeft de wereldkerk er niet), en dat is dat we over de Bijbel met één woord spreken: Oude en Nieuwe Testament horen bij elkaar. Het gaat in beide over dezelfde God, in tegenstelling tot wat Marcion beweerde. Die zei namelijk dat de God van het Oude Testament een andere, lagere god was dan de God van het Nieuwe Testament: de Vader van Jezus Christus. Zo scheurde hij de ene Bijbel in stukken.
Kortom: belijdend spreken is niet ingewikkeld. Het kan eenvoudig, één-twee-drie, worden gezegd: (1) over de Bijbel spreken we met één woord, (2) over Jezus Christus moet je met twee woorden spreken en (3) als we het over God hebben zijn drie woorden het minimum. Zo kort kunnen we het zeggen, één Bijbel, twee-naturen, drie-eenheid. Met minder woorden kan het echter niet. Deze drie dogma’s zijn ook de enige van de kerk. Het zijn de spreek- en leesregels waar we ons aan moeten houden als we over God willen spreken. Maar als we dát beseffen, dan raken we over Hem ook niet meer uitgesproken.
Het is Zijn Kerk
Zo hopen we met onze vereniging ook in deze tijd een waardevolle bijdrage te leveren aan de kerk van Christus, op de plaats die ons gegeven is in dit land. Als we naar de kerk in ons land kijken worden we niet altijd blij. Soms kan ons de moed in de schoenen zinken. Maar dan mogen we ook weten dat we het op tijd weer uit handen mogen geven. Want het is Zijn Kerk die we mogen dienen; we dienen niet onszelf. Hopelijk maakt dat u toch weer enthousiast. Wij mogen onze Heer Jezus Christus dienen, de Gekruisigde en de Opgestane.